Categorie Archief Nieuws

De doodsteek voor Poesele als landelijk dorp?

Er is heel wat verzet tegen de nieuwe verkaveling in de Poekestraat te Poesele. De bouw van 48 extra woningen staat loodrecht op de visie van Vlaanderen en van Deinze zelf op het vrijwaren van de open ruimte. Deze ingreep tast de eigenheid van het dorp Poesele sterk aan. Dat hier terug gebouwen zouden geplaatst worden in overstromingsgevoelig gebied is onbegrijpelijk.

Zoveel inconsequentie is ongezien.

De fracties GroenRood en Vooruit zullen in de gemeenteraad van donderdag neen stemmen.

De 38 mensen die een verzoekschrift indienden tegen deze verkaveling hebben groot gelijk.

De strategische visie van Vlaanderen en de Conceptnota van Deinze zijn heel duidelijk.

Het bestaande ruimtebeslag moet beter worden benut en de bestaande open ruimte moet men maximaal vrijwaren. Poesele is geen echte dorpskern, het is een woonlint maar daartussen open ruime.

Het invullen van deze open ruimte staat haaks op alle principes van planologie. Er zijn ook amper faciliteiten voorzien.

Er zijn geen voedingswinkels, bakkers, beenhouwers, scholen, nutsvoorzieningen en een zeer slechte mobiscore. 

Bijkomend wonen hier aanmoedigen is het vergroten van de mobiliteitsproblematiek.

De Poekestraat is te smal, dus die zal men verbreden. Zo voorspelbaar dat daarna de snelheid in de Poekestraat een probleem zal worden.

Daarnaast lezen we in de conceptnota:

‘Deinze versterkt haar rivier- en beekvalleien zodat zij de nodige ruimte voorzien voor water en natuurontwikkeling. Zij worden klimaat robuust ingericht’.

Hier zal men in sterk overstromingsgevoelig gebied bouwen. Met alle gevolgen voor de buurt. We lezen in de plannen van het stadsbestuur:

‘Deze grotere groenblauwe structuren (zoals in Poesele) zijn essentieel voor klimaatadaptatie en -mitigatie, opvang van overtollig water, beperking van droogte, versterking van de biodiversiteit enzovoort. Ook kleinere grachten, waterplassen en groenelementen zijn hiervoor minstens even belangrijk en ecologisch ingerichte tuinen kunnen hiertoe ook een meerwaarde betekenen.’

Bij een goedkeuren van deze plannen maakt het stadsbestuur brandhout van haar eigen neergeschreven visie.

Op papier wil men de open ruimte behouden en versterken en daar op zoek gaan naar onthardingen….. deze plannen staan daar helemaal haaks op. We hopen dat het stadsbestuur zijn eigen woorden zal volgen, de verkaveling zal afblazen en in dialoog gaat met de inwoners van Poesele. Zij kunnen mee aangeven hoe zij effectieve inbreiding in hun dorp zien.

Brief aan de inwoners

Beste buurtbewoner van de Negenstratenwijk

Fijne buur

Al voor de vierde keer richten wij ons tot jullie met een verontrustend schrijven. Dit is waarschijnlijk een record voor Deinze. Onze wijk blijft negatief in the picture staan en dat is echt niet OK! Als oppositiepartijen moeten we geregeld eens aan de alarmbel trekken, maar wat hier aan het gebeuren is tart elke verbeelding.

Eerlijk is eerlijk, er zijn ook dingen die het stadsbestuur goed doet, maar hier stapelen de regelrechte blunders zich op. Drie problemen komen in onze wijk samen en alle drie zijn ze aan het “veretteren”.

1. Dossier Ringweg

Het stadsbestuur droomt al een kleine 20 jaar van een ringweg door de gronden van Ter Wilgen. Dat daar eerst jaren over gelogen werd hebben we nooit begrepen. Wij waren vanaf dag 1 niet akkoord, maar dat er een zweem van geheimhouding moest hangen over deze plannen is eigenaardig. Dat de ringweg door de bouw van het winkelcentrum Driespoort shopping quasi onmogelijk is, deerde het bestuur niet om bijna alle huizen en gronden in de buurt op te kopen. Dit dossier zit al jaren muur­vast en toch blijft het bestuur daar door die aankopen miljoenen in pompen.

Laatste wapenfeit is de aankoop van de vroegere gronden van Ter Wilgen. Op vraag van het stadsbestuur werden die in 2017 door Veneco voor 1 350 000 euro gekocht. Er was toen een overeenkomst om de grond voor de ring niet te bebouwen maar de andere gronden te verkavelen. Er werd zelfs genotuleerd dat er een werk­groep zou komen om de gronden bouwrijp te maken. Deze werkgroep moest elke semester samenkomen en was verplicht om met de buurt te communiceren. Wat gebeurde er? Niets! Enkel de bouwvallige houten barak werd afgebroken. En extra blunder: men plaatste de aanvraag tot omgevingsonderzoek pas na de afbraak…

Nu koopt de stad deze gronden van Veneco terug voor 1 700 000 plus kosten!

Het stadsbestuur, wij allen dus, betaalt nu minimaal 350 000 euro extra. Wat was het nut van deze ferm verlieslatende piste via Veneco behalve winst opleveren voor Veneco? Niemand, ook de burgemeester niet, kon een zinnig antwoord geven.

2. De verkeersplannen

Nieuwe verkeerssituaties worden ingevoerd, proefopstellingen verlengd, tijdens de verlenging weer bijgestuurd… wat een geklungel! En dat steevast met gebrekkige of geen communicatie en nul overleg. De verkeersremmers in de Kouterlosstraat gaan verdwijnen. Dan toch niet. Dan staat er plots een graafmachine in de straat klaar om ze weg te nemen, maar doet het dan toch niet… wie kan nog volgen?

Men voert proefopstellingen in zonder dat er voldoende representatieve metingen op voorhand gebeuren. Men deed geen tellingen in de Gampelaeredreef en de

Kouterlosstraat en de voormeting in de Ten Rodelaan duurde drie dagen (dan nog de laatste drie dagen van juni, als er door het einde schooljaar al een ferm vertekend rijdgedrag is). Onmogelijk om de cijfers van voor en na de proefopstelling ernstig

te interpreteren.

Laatste wapenfeit is het verschijnen van losse borden aan de ingang van de Ten Rodelaan. Deze is plots, zonder enige communicatie met de inwoners, een straat voor plaatselijk verkeer. Pas daarna komt de communicatie (via de pers) dat dit pas twee weken later zal ingaan. Men vergeet zelfs de uitzondering voor fietsers, ook deze mogen de straat dan niet meer door rijden. We veronderstellen en hopen dat dit laatste nu al recht gezet is…

Het blijft een zeer klungelig, amateuristisch ingrijpen dat zich niet op correcte meetgegevens baseert. Men verschuift de verkeersdrukte van plaats naar plaats zonder duidelijke visie. Waarom zijn er geen andere mogelijkheden onderzocht?

3. Vervuiling site Colle

Het huidig shoppingcentrum bouwde men op de oude fabrieksterreinen van zeemvellenfabriek Colle. Deze waren zeer sterk vervuild. Deze vervuiling werd bijna 20 jaar geleden al aangegeven. Er kunnen veel vragen gesteld worden bij de sanering van het terrein. Dit zullen we met de buurtbewoners verder onderzoeken. Ook hier vragen wij volledige openheid.

Wat wil Ja! Voor Deinze! Groen & Vooruit voor de negenstratenwijk?

Het stadsbestuur moet de bewoners ernstig nemen door een grondige en transparante evaluatie te voeren over de proefperiode. In een open vergadering moeten alle gegevens i.v.m. de ringweg, de sanering van de site en de verkeerssituatie getoond én besproken worden. Buurtbewoners en/of wijk-ambassadeurs moeten informatie krijgen én kunnen geven aan het stadsbestuur.

Er moet sprake zijn van échte participatie waarbij de bewoners actief betrokken worden bij het zoeken naar oplossingen. Daar waar er onvoldoende gegevens zijn moeten er nieuwe tellingen komen. Er moet overleg zijn met de buurt en voorgestelde alternatieven moeten onderzocht worden en kansen krijgen!

Wij blijven verder ageren tegen de ringweg/stadsboulevard. Deze brengt geen oplossingen maar heel wat overlast voor de bewoners. Wij zullen nooit een ringweg hier goedkeuren. De negenstratenwijk is een van de grootste wijken van onze stad. Wij hopen op een volwassen vorm van participatie: dit is mee bouwen aan de toekomst van onze stad!

Heb jij bijkomende vragen of bedenkingen, dan kan je ons altijd bereiken via hallo@javoordeinze.be

Met vriendelijke groeten

Vanwege het Ja! Voor Deinze! Groen & Vooruit team

en haar raadsleden Freija Dhondt, Kristof Van Den Berghe,

Annick Verstraete, Eva Martens en Peter Parmentier  

Hij is er eindelijk : de UITPAS maar … nog niet helemaal.

Ruim 4 jaar geleden, op zaterdag 31 augustus 2019, stond ik flyers uit te delen op de feestelijke opening van het Leietheater, met een pleidooi om de UITPAS in te voeren. Ik ben dan ook heel opgetogen dat het nu eindelijk realiteit wordt. De UITPAS is voordeelkaart voor vrijetijdsactiviteiten in Vlaanderen en Brussel en bestaat in veel steden en gemeenten al heel lang en succesvol.

Het mooie aan de UITPAS is dat die niet stigmatiserend is.

Hij geeft kansen geeft aan mensen voor wie sport, cultuur en vrije tijd financieel hoogdrempelig is. Ik werk al jaren met mensen in armoede. In hun gevecht betalen van huishuur, schoolrekeningen en energiefacturen is zelden of nooit ruimte voor ontspanning.

Het is dus fantastisch om via deze UITPAS mensen een betaalbare filmvoorstelling of toneelstuk te kunnen aanbieden. Want net voor deze doelgroep is ontspanning en even vergeten van de zorgen extra belangrijk. Dat armoede zorgt voor sociaal isolement is al heel lang geweten.

Als we een warme, inclusieve stad willen zijn, dan moeten we alle inwoners kunnen laten genieten van cultuur, sport en vrije tijd. En dan is de UITPAS een heel goed middel.

Helaas staat er slechts heel weinig budget tegenover deze belangrijke beslissing…

Er is 7200 euro voorzien voor de aankoop van de passen. Er moet ook geïnvesteerd worden in hardware en personeel. Hopelijk is dit opstartbudget voldoende.

Veel marge voor bekendmaking, communicatie en marketing zal er in elk geval niet over zijn…

Voor de compensatie van het kansentarief is er 5076 euro voorzien. Ik weet niet hoe dat berekend werd, maar ik puzzelde zelf even met cijfers en kom tot de conclusie dat er met dit budget exact 200 filmtickets van 9 euro, 200 tickets voor een theatervoorstelling van gemiddeld 20 euro én 10 filmabonnementen kunnen bijgepast worden. Weinig ambitieus als we weten dat ongeveer 16 procent van de Vlamingen recht heeft op verhoogde tegemoetkoming. Als we die 16 procent vertalen naar 45000 Deinzenaren dan betekent dat 410 tickets voor 7200 mensen binnen de doelgroep ; dat voelt aan als weinig, bedroevend weinig…

Als we die 16 procent vertalen naar 45000 Deinzenaren dan betekent dat 410 tickets voor 7200 mensen binnen de doelgroep ; dat voelt aan als weinig, bedroevend weinig… …

Los van deze belangrijke bedenking, heeft onze fractie nog enkele concrete vragen.

Hoe zal de timing van de uitrol concreet verlopen?

Volgens het regionaal kader in bijlage van het agendapunt, start alles op op 1/1/2024.

Maar in de commissie werd geopperd dat er meer tijd nodig is. Wanneer start Deinze concreet?

Vanaf wanneer kan je met de UITPAS terecht in het Leietheater, in het Mudel, in het zwembad Palaestra, op activiteiten van de Sportdienst?

Welke timing stelt het beleid voorop ifv een bredere uitrol, bijvoorbeeld naar sportclubs, verenigingen en jeugdbewegingen? Dit moet volgens kader binnen de 2 jaar na opstart!

Hoe ziet het bestuur de communicatie naar de bevolking?

Zal er gefocust worden op informatie richting de kansengroepen? Komt er een campagne binnen het sociaal huis? Worden de armoede-organisaties mee ingezet in bekendmaking? Wanneer, waar en hoe zal de UITPAS geëvalueerd worden?

Onze fractie zal in elk geval de vinger aan pols blijven houden.

Aanpassing meerjarenplan ’20-’25

Het einde van deze legislatuur nadert, we bespreken een 8ste wijziging aan ons meerjarenplan en het vastleggen voor de kredieten van 2024. De coronacrisis ligt achter ons en de hoge energiepieken zijn afgetopt. Over een stabiele socio-economische omgeving kunnen we evenwel nog niet spreken, in tegendeel. Wat geldt voor de stad, geldt ook voor haar inwoners. Laat ons hier eerst een blik op werpen.

Robert en Jeanine doen hard hun best om rond te komen met hun klein pensioen, maar schrikken elke week van de prijs van hun boodschappenkar en houden hun hart vast voor de afrekening van hun elektriciteit. Ze hopen ondanks hun gezondheidsproblemen nog lang in hun huis te blijven, de prijzen in de WZC zijn voor hen niet haalbaar. Hun kinderen tot last zijn, dat willen ze niet.

Arthur en Julie dromen om te verhuizen naar een eigen woning, maar de rente is zo snel gestegen, dat ze hun dromen even opbergen. Bovendien hebben ze hun handen vol met het zoeken naar een plekje in de kinderopvang. De tijd dringt, Julie is hoogzwanger

Aleksandr en Anna proberen hun plekje in onze stad te vinden, maar volgen de situatie in hun thuisland Oekraïne op de voet. Kunnen ze ooit terug? Of bouwen ze hier hun leven verder uit?

Wim besteedt als ondernemer veel tijd aan het zoeken naar personeel en stuurt zijn ambities regelmatig bij omwille van de krapte op de arbeidsmarkt. Het tast zijn mentaal welzijn aan.

Terug naar de stad. Deinze, een sterke stad met stevige dorpen, een plek voor iedereen, ruimte en dynamiek voor harmonieus samenleven. Deinze, onze dorpen. Dat zijn warme dorpen in een zorgzame stad, samen met haar inwoners op weg naar morgen. Dat collega’s is onze missie.

We naderen het eind van de legislatuur, dat betekent dat er geen beslissingen meer kunnen genomen worden die het toekomstige bestuur hypothekeren. En laat ons eerlijk zijn, er is nogal wat te doen rond dat toekomstig bestuur. Een nieuw decreet is daar niet vreemd aan. Een jaar voor de verkiezingen hebben we al meer kandidaat-Burgemeesters dan ooit en worden er  beloftes gemaakt over het breken van de meerderheid. De spanning loopt hoog op. Een nieuwe crisis dient zich als het ware aan.

Laat ons het hoofd koel houden en even in de cijfers duiken. Al onze felicitaties voor de behoeders van onze financiën, de financiële dienst onder leiding van de financieel directeur. De kunde om terug te blikken en vooruit te kijken, prognoses te maken en optimalisaties te zien, dat verdient applaus

Een eerste belangrijk cijfer : de verbetering van het exploitatieoverschot met maar liefst 3.382.885 milj €.

Het grootste aandeel komt vanuit een lagere kost voor ons energieverbruik en onze personeelskosten. Dat laatste is goed en slecht nieuws tegelijk. Er is immers nog een grote inhaalbeweging nodig om de personeelsformatie verder in te vullen. De stad is ook een beetje Wim, onze vacatures raken niet ingevuld, het is balanceren tussen ambities bijsturen in functie van de krapte op de arbeidsmarkt.

Voor een dienstverlenende organisatie als een stadsbestuur, bestaat de personeelskost nu uit 51% van de exploitatiekosten, dit % zal verder stijgen.

Enerzijds door de stijgende loonkosten, anderzijds door de verder invulling van de personeelsformatie. Om de missie te realiseren werd aan het begin van deze legislatuur geraamd dat wij 572 VTE’s nodig hebben. Dat zijn er 90 meer dan voor de fusie. Hiervoor is een groeipad uitgetekend. Wij hebben momenteel 16VTE’s minder in dienst dan gepland en er moeten er nog 24 ingevuld worden tegen het eind van de legislatuur. We hebben al eerder bedenkingen gemaakt bij deze grote stijging in aantal personeelsleden, we hadden namelijk verwacht, zo werd ons dat ook uitgelegd, dat de fusie voor efficiëntiewinsten zou zorgen.

We beseffen dat er steeds meer uitdagingen zijn voor de lokale besturen, maar de manier waarop we met die uitdagingen omgaan, kan op verschillende manieren ingevuld worden.

We hebben zo goed als alle interlokale samenwerkingen stopgezet, de vraag blijft of dit de beste keuze is.  We stellen vast dat we de trend volgen die zich stelt in grotere organisaties: AD, adjuncten, clustercoördinatoren en diensthoofden en beleidsmedewerkers. Een verdere professionalisering met een toename van jobs op A en B niveau. Dat kost geld. Dat werk moet zich vertalen in een goede dienstverlening en net daarvoor is bijkomend personeel nodig . Dit tekort zorgt ervoor dat de werkdruk hoog is, op een aantal plaatsen onhoudbaar.

De zorg is één groot knelpuntenberoep geworden, wat zich ook weerspiegelt in onze stad.

Als we voor Wim willen zorgen voor een goed ondernemingsklimaat in onze stad, Robert en Jeanine de garantie willen geven op kwalitatieve én betaalbare ouderenzorg, de baby van Arthur en Julie een plekje willen geven in de kinderopvang, en Aleksandr en Anna snel wegwijs willen maken in onze stad, dan hebben wij die personeelsleden nodig. Wie weet lost Anna Wim zijn probleem wel op? En brengt Aleksandr straks de warme maaltijden bij Robert en Jeanine.

Wat de investeringen betreft stellen we zoals steeds vast dat er investeringen worden overgeheveld naar volgende jaren.

37 miljoen geplande investeringen blijven vooruitgeschoven worden, waarvan maar liefst 22,9 miljoen naar 2026. Het zal aan het nieuwe bestuur zijn om hierin keuzes te maken (stress, stress ????), maar het maakt het iets gemakkelijker om vooruit te kijken.

Voor het eerst moeten we het in de bespreking van het meerjarenplan niet hebben over de bibliotheek. We hebben daar eindelijk zekerheid over, alhoewel?????

In Petegem wordt zowel het masterplan Palaestra als de dorpskernvernieuwing on hold gezet.

De dorpskernvernieuwing in Petegem kreeg voor het eerst een gezicht in 2010. Wijlen Warnix Schelstraete, geruggesteund door Schepen van financiën Minnens kondigden aan dat de Oostkouter zou omgevormd worden tot een stedelijk ontmoetingspunt voor jong en oud. Het oud politiecommissariaat zou oa dienst doen als kinderopvang. Deze plannen gingen in 2016 samen met het gebouw tegen de vlakte. In 2017 keurde de gemeenteraad een conceptstudie voor de wijk Oostkouter goed, een nieuwe woonwijk op de plaats van het voormalige politiecommissariaat, de uitbouw van een sportcluster en veilige fietsverbindingen in een groene omgeving.

De site Oostkouter maakt dus deel uit van de verkiezingsprogramma’s in 2012, 2018 en wellicht ook die van 2024.

Ondertussen is er een kinderopvang gerealiseerd naast de Palaestra, maar of de gemeenschapszaal, de ruimte voor handel, horeca en diensten, de veilig verkeersomgeving en de groene ruimtes ooit het daglicht zullen zien blijft koffiedik kijken.

Ook de fietspaden langs de N35 worden verschoven naar 2026. Zelfde scenario?

De investeringen die verschoven worden maken het moeilijk om de cijfers goed te interpreteren.

Door 2026 mee op te nemen, krijgen we een beter beeld. Tegelijk een verontrustend beeld. We maken even de overstap van Robert, Jeanine, Arthur, Julie, Aleksandr, Anna en Wim naar onze bredere maatschappelijke context: hoge inflatie, snel stijgende rentes, dalende inkomsten uit gemeentefonds ( nu 3% gezakt), energiekosten blijven hoger dan voor de energiecrisis,

En we kijken ook eens naar onze eigen huishouding

Stijgend personeelsbestand, fonds ifv rioleringswerken moet dringend aangevuld, verplichting zonnepanelen op gebouwen Stad , we doen een opname van 750.000€  uit ons pensioenreservefonds, aanpassing van onze prijssubsidies vanuit het AGB, …

ALS we alle investeringen uitvoeren zoals voorzien dan stijgt onze financiële schuld naar bijna 100 miljoen € (97,256) in 2026.

Dat is een  verdubbeling van de schuld per inwoner op 6 jaar tijd = 1 legislatuur: van 1048€ naar 2039 € per inwoner!! Met deze cijfers zitten we fel boven het gemiddelde van de cluster, de provincie en Vlaanderen. Met deze schuldgraad per inwoner is al rekening gehouden met de voorziene stijging van het aantal inwoners. We zijn dus met meer om de lasten te dragen en toch gaan we naar een verdubbeling van de schuldgraad.

Technisch is alles in orde, het is zelfs zo dat we iedere keer weer verrast worden door de financiële optimalisaties zoals nu het opnemen van leningen in functie van stijgende rentes die er aankomen.

Maar de cijfers zijn niet bemoedigend voor al onze kandidaat Burgemeesters en brekers van de meerderheid om in een nieuwe legislatuur werk te maken van  warme dorpen in een zorgzame stad, samen met haar inwoners op weg naar morgen.  We stellen vast dat tussen 2020 en 2026 de ontvangsten stijgen met 24%, maar uitgaven stijgen met 44%. Dat vraagt dus om ingrepen. Keuzes maken, in alle transparantie met onze kiezers.

Moeten we ons nu zorgen maken over die hoge schuldgraad of moeten we ons zorgen maken over voor ons belangrijke punten op sociaal en ecologisch vlak die geen uitvoering kunnen krijgen? Welke kansen zullen Aleksandr en Anna hier krijgen en hoe brengen Roger en Jeanine hun oude dag door in Deinze? Werken we creatief op vlak van betaalbaar wonen en kunnen Arthur en Julie binnenkort toch een eigen woning verwerven?

Voor ons is het duidelijk dat niet alles wat voor deze legislatuur gepland was zal kunnen uitgevoerd worden, ook niet na 2026, willen we financieel gezond blijven en tegelijk een zorgzame stad zijn.

Mag het ons dan ook verwonderen dat wij deze avond naast de wijzigingen aan het meerjarenplan ook stemmen over een belastingsverlaging?

Niet opgenomen in het meerjarenplan, beslist door het college op 7 december (na 10 jaar trekken en sleuren?). Veel lachende gezichten bij de oranje ballonnen in pers, maar wij begrijpen niet dat deze politieke keuze niet is doorgesproken met de financiële dienst en dus ook geen voorwerp uitmaakt van dit meerjarenplan. De motivering voor deze beslissing is de discrepantie tussen de inkomsten die de stad ontvangt uit arbeid ten opzichte van de inkomsten uit onroerende goederen. Mag ik er even op wijzen dat wij voor deze taxshift al verschillende amendementen ingediend hebben, die telkens zijn weggestemd. Met ons tarief van 693 OOV behoren wij eerder tot de laagste tarieven in Vlaanderen, (gemiddeld 899), met onze APB van 7,2 zitten wij knal op het gemiddelde.

De recente trends waarbij in Deinze  luxueuze woonprojecten als paddenstoelen uit de grond rijzen, waarvan delen opgekocht worden door investeerders om dan te verhuren, maakt een taxshift meer dan ooit wenselijk.

Wij blijven vragende partij voor deze shift, maar wat hier voorligt is geen shift. Er blijft nog steeds een grote ongelijkheid tussen de inkomsten die we halen uit arbeid en die uit onroerende goederen. Als we het bovendien in absolute cijfers hebben over verlagingen van 50 tot 150€ per gezin, laat ons dan samen nadenken wat deze herverdeling van belastingen betekent voor Robert en Jeanine, die hun ganse leven in Deinze hard gewerkt hebben, maar er nooit in geslaagd zijn om een eigen woning te verwerven. Wensen wij Arthur en Julie hetzelfde lot toe?

Het college motiveert dat een daling van de aanvullende belasting op de personenbelasting financieel mogelijk is door efficiënt bestuur en de verdere optimalisatie van de fusie die budgettaire ruimte creëren.

Nergens heb ik in dit meerjarenplan gezien dat de fusie heeft geleid tot optimalisatie en budgettaire ruimte.

Kinderopvang : wat goed loopt, moet niet veranderd worden.

  1. Het belang van het kind. De toetssteen van elke kinderopvang moet het kind zijn en het kind is hier duidelijk de dupe. Opvang op de vertrouwde school is steeds aangenamer, praktischer, pedagogisch verantwoorder. Men stelt hier de stenen voorop. Een gebouw moet gevuld worden, kost wat kost. De stenen zijn belangrijker dan het kind. 
  2. Het gelijkheidsbeginsel tussen scholen. Door deze beslissing wordt het gelijkheidsbeginsel geschonden. De scholen in het centrum van de stad worden op die manier benadeeld. Dat een stadsbestuur de onderwijsvrede in het gedrang brengt is onbegrijpelijk.
  3. Het belang van de ouders. Opvang in de scholen draagt een steentje bij aan de moeilijke situatie waar ouders zich soms in bevinden door de combinatie arbeid-gezin.
  4. Betrokkenheid van ouders. Deze beslissing is er gekomen zonder overleg met de ouders. Het is dus een beslissing die genomen is zonder enige vorm van inspraak, enkel op basis van economische overwegingen. 

Vernieuwing Stationsbuurt

De projectdefinitie leest voor onze fractie als een stukje uit ons eigen verkiezingsprogramma.

Als het goed is, mag het gezegd worden. Het is een mooi projectdossier en er hangt een heel mooie Vlaamse subsidie van meer dan 2 miljoen euro aan vast. De binnengehaalde subsidie voor ‘Veerkrachtige steden na Corona’ moet gebruikt worden voor einde 2025, dus het hele stadsvernieuwingsproject moet nu echt in een stroomversnelling terecht komen. En dat is schitterend nieuws voor een buurt die al lang wacht op een opwaardering.

‘Een kwalitatieve herinrichting van het publieke domein in de stationsbuurt moet bijdragen aan een veilige, gezonde, sociale en duurzame stationsbuurt op maat van jong en oud.’

Het hele dossier is op elke pagina doorspekt met rode en groene elementen.

Het centrale openbaar vervoersknooppunt verder ontplooien, vanuit het STOP-principe, met meer deelmobiliteit, met minder doorgaand verkeer, minder vervuiling en lawaai van auto’s en meer groene open ruimte is uiteraard een must.
Veel hangt hier echter samen met of de Stadsboulevard er al dan niet komt. In elk geval, als die er komt, komt die pas veel later. Het is dus belangrijk om het scenario met en het scenario zonder de Stadsboulevard mee te nemen in het ontwerp. Het lijkt ons dan ook wenselijk om dit mee te geven aan de ontwerpteams, zodat ze beide varianten kunnen opnemen in hun dossier.

Rond duurzaamheid en vergroening staat er heel wat geformuleerd in de visietekst.

Voor onze fractie is het ontzettend belangrijk om op dat vlak heel ambitieus te zijn. Als we de klimaatdoelstellingen en het burgemeestersconvenant willen halen, dan is het bij projecten als deze waar de open ruimte wordt aangepakt in een verstedelijkt gebied, dat we voor een echt andere aanpak moeten gaan. Niet alleen hier en daar een boom en een bloembak, maar echt drastisch ontharden ifv de strijd tegen de opwarming en de waterdoorlaatbaarheid. We hopen dan ook dat dit mee doorweegt in de keuze van het definitieve ontwerp.

Ten slotte vinden we dat we ook ambitieus en toekomstgericht moeten zijn op het vlak van duurzaam en betaalbaar wonen.  De Stationsbuurt is momenteel grijs en oud, met veel verborgen armoede. Het is bij uitstek een buurt waar nog veel marge is voor verbetering van de woonkwaliteit, waar er ook nood is aan sociale huisvesting, waar alleenstaanden een betaalbare plek moeten kunnen vinden, op wandelafstand van het station. Een gezondere, duurzamere, betaalbare woonomgeving zorgt voor gezondere en gelukkigere inwoners. En dat is toch waar een stad van droomt.

Sociaal tarief seniorenrestaurants

Maar ik wil toch even tussenkomen, omdat ik echt geraakt was door het antwoord van Schepen de Spiegelaere tijdens de commissie over de prijzen van een maaltijd in de restaurants van het OCMW.

Wij keuren deze tarievennota met onze fractie goed.

Enkel in het Nevelse restaurant is er een sociaal tarief van 6,5 euro per maaltijd. Eerlijk gezegd vind ik dat tarief al niet zo heel erg sociaal.

In de 2 Deinse restaurants (Grand Café Karel Picqué en 17dorpen) wordt alleen het normale tarief van 8,5 euro per maaltijd gehanteerd. En nu komt mijn verontwaardiging: ‘omdat het altijd zo was en er dus geen nood is aan iets anders’. 

Dus moeten wij het normaal vinden dat de financieel meer kwetsbare inwoners 8,5 euro per maaltijd moeten neertellen. Stel dat die inwoner 2 x per week in het OCMW-restaurant wil gaan eten, dan kost hem of haar dat 75 euro per maand. Wie met een laag pensioen moet rondkomen in deze tijden, kan zich dat echt niet permitteren.

Ik wil toch even mijn punt verder maken.

In de Gentse OCMW-restaurants als ‘t Oud Postje, Parnassus, het Toreke hanteert men 3 tarieven: een normaal tarief van 8 à 9 euro, een verlaagd tarief van 5,5 euro voor iedereen met VTK (verhoogde tegemoetkoming) en een kansentarief van 3 euro per maaltijd voor mensen met een leefloon of een equivalent inkomen. Hiervoor moeten inwoners een Uitpas aan kansentarief aanschaffen (voor 1 euro per jaar). Ik zou hier ook een pleidooi kunnen houden voor de uitrol van een Uitpas in Deinze, maar ik ga me beperken tot een duidelijke vraag om ook in de OCMW-restaurants in de Deinze op z’n minst een sociaal tarief aan te bieden. En om dat sociaal tarief echt sociaal te maken, want zelfs 6,5 euro is lang niet voor iedereen haalbaar.

Een sociaal restaurant heeft immers meerdere functies. Het biedt een volwaardige, voedzame warme maaltijd aan, maar het is ook een plek waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Door onze prijzen zo hoog te houden en geen sociale correcties te voorzien, duwen we een groep mensen richting meer ongezonde voeding en ontnemen wij hen de kans om andere mensen te ontmoeten. 

De Cyriel Buysse Prijs

Hartelijk dank nogmaals om deze prijs.

Het werk met de vluchtelingen geeft mij veel voldoening, en de waardering van zo een prijs geeft ons de moed om verder te doen,

Groetjes uit het zonnige Vilnius,

Bart Pauwels

De Alice Buysse Prijs

Ines Keygnaert behaalde haar PhD in Geneeskunde over seksueel geweld en gezondheid van vluchtelingen, asielzoekers en mensen zonder wettig verblijf. Ze is docent seksuele en reproductieve gezondheid alsook de team leader van het “Gender & Violence Team” dat de onderzoekslijnen rond seksueel en gendergerelateerd geweld, schadelijke culturele praktijken, seksuele en reproductieve gezondheid van migranten en andere kwetsbare groepen uitvoert. Sinds 2006 coördineerde Ines verschillende onderzoeksprojecten over deze thema’s en ontwikkelde vele praktische richtlijnen voor beleid, interventies, instrumenten en vormingshandboeken. Ines is ook een erkend expert op gebied van seksueel geweld en gezondheid van migranten en voerde reeds verschillende opdrachten uit voor WHO en UNFPA maar ook voor verschillende regeringen. Ze geeft onder meer les over interculturele moeder- en kindzorg, seksueel geweld en gezondheid en mensenrechten en zetelt in verschillende expertencommissies.